In de wereld van bier staat geuze op zichzelf. Geen enkele bierstijl vraagt zoveel vakmanschap als het mengen van lambiek van verschillende leeftijden. De geuzebrouwer kent elk vat, weet welke smaken zich daar ontwikkelen en kan inschatten wat een blend zal doen na hergisting op fles.
Dit is kennis die je niet uit boeken haalt – dit is pure ervaring en ambacht. Het draait om het vinden van de perfecte balans tussen fris en zuur, tussen fruitige aroma’s, bitterheid en vineuze toetsen.
Daarbij komt nog een technisch meesterstuk: de brouwer moet exact weten hoeveel vergistbare suiker er in de blend zit. Die suikers zorgen voor de fijne pareling en de schuimkraag na hergisting op fles. Te veel suiker en de fles spuit leeg, te weinig en het bier wordt plat. De marge is klein en de precisie groot.
Geuze maken is dus geen kwestie van zomaar mengen. Het is een evenwichtsoefening waarin smaak, techniek en jaren ervaring samenkomen. Een ambacht dat generatie na generatie wordt doorgegeven – en nergens ter wereld wordt geëvenaard.
